Hoe het begon…

Plotseling oorverdovend stil…

Wat is er toch met mijn oor? Zo’n vervelend gevoel, ik kan het niet goed plaatsen… dicht, vol, onprettig. Ik voel me een beetje onbestendig, een beetje naar. Nou ja, ik ben ook wel druk geweest de laatste tijd. Misschien een griepje, of zo. En dan zo ook nog naar zangles. Ik ga gewoon, want zingen is het leukste wat er is. Daar knap ik vast van op.

Maar de les gaat helemaal niet goed en ik voel me heel snel naar en vervelend worden. Dit voelt heel anders dan een-beetje-last-van-mijn-oor. Ik wordt er bijna misselijk van. Naar huis, ik wil naar huis! En dan, ineens, voor het stoplicht, om 21.30 uur – wachtend op groen – veel ruis en gesuis en een oorverdovend vliegtuiggeluid knalt mijn hoofd in! Verder hoor ik helemaal niks meer. Alleen dat vreselijk, harde, volle geluid. En het stopt niet! Foute boel! Wat gebeurt er toch? Paniek, pijn in mijn buik van de paniek. Paniek die me bij de strot grijpt, me dichtsnoert. Groen! Rijden, naar huis en focus, focus, focus. Dat gaat goed. Ik kan goed zien en autorijden.

Pulserend gesuis,  gezoem, langgerechte pieptonen en zware baslijnen die mijn gehoorgang binnen denderen. Dan ineens de hoge tonen; gillende sopranen, scherp en recht als een haarlijn, priemen mijn oor in. En dan nog één, en nog één,…

Ik voel me misselijk en naar. Ik moet iemand bellen, ik wil nu niet alleen zijn. De stem  van mijn vader hoor ik niet aan de telefoon. Dan weet ik het al… De hoorn naar mijn andere oor en daar is zijn stem. Gelukkig. ‘We komen naar je toe, kindje. We komen naar je toe.’ Wat is mijn vader geschrokken, ik hoor het aan zijn stem.

‘Sudden Deafness’, zegt de dienstdoende arts bij de Eerste Hulp in het ziekenhuis. ‘Waarschijnlijk een virus’. Meer een soort virus-lucht-aanval, zo heb ik het ervaren. Die aanval heb ik ook heel direct gevoeld, daar voor dat stoplicht. Prednison en een virusremmer en dan maar hopen dat er nog wat gehoor terugkomt. Direct starten met die pillen. Inmiddels is het hele harde geluid iets afgezwakt, gelukkig.

Het is al zo’n 23.00 uur als ik bij mijn ouders thuiskom. Pillen innemen en naar bed. Het nare gevoel blijft en de misselijkheid speelt op. Dan begint het spugen… en dat gaat achterelkaar door. De ambulance is gebeld – het hyperventileren is onder controle (wat was ik blij die mannen te zien) en ik krijg iets waarvan ik heeel rustig wordt, zeg maar ‘knock-out’ van raak. Heerlijk, eindelijk rust in deze oorverdovende stilte.